Skip to content
Hieronder de 10 verschillen.
- Door het beoefenen van asanas (poses) wordt het zuurstofverbruik verlaagd, terwijl het zuurstofverbruik bij de meeste andere sporten wordt verhoogd.
- Tijdens een asana daalt het aantal ademhalingen per minuut, terwijl het aantal ademhalingen bij de meeste andere sporten stijgt.
- Als je langere tijd in een yogapose blijft, daalt je lichaamstemperatuur. Bij het beoefenen van de meeste andere sporten stijgt het juist.
- Spieren ontvangen weinig voeding en zuurstof tijdens het beoefenen van asanas, de organen kunnen hierdoor volop gevoed worden. Bij andere sporten werkt dit in het lichaam net andersom.
- Asanas helpen je met het balanceren van zowel het hormoonstelsel als de emoties. Dit is niet altijd het geval bij een andere sport.
- Asanas stimuleren het parasympathetic zenuwstelsel (rest & digest), terwijl bij een andere sport vaak het sympathische zenuwstelsel (fight or flight) gestimuleerd wordt.
- De meeste sporten (over-)belasten je gewrichten, waardoor men op latere leeftijd stijf kan worden, wat zelfs tot reuma kan leiden. Asanas belast de gewrichten niet.
- In tegenstelling tot de meeste sporten wordt er voor asanas de tijd genomen om bewust te ontspannen. Dit stimuleert de coördinatie tussen het lichaam en de geest.
- De meeste fysieke oefeningen neigen naar het opbouwen van gifstoffen in het lichaam, terwijl de yogahouding de gifstoffen doen afbreken.
- Bovendien verhoog je je focus en je bewustzijn door het beoefenen van asanas.